Vergeet vooral niet te leven
Februari 1996, nr 164
Thessa Mooij
Nathalie Alonso Casale (26) houdt van herinneringen. “Het liefst houd ik de tijd vast.” Met haar eindexamenfilm Memorias sin batallas y otros muertos schiep ze in 1992 hoge verwachtingen. Tijdens het Filmfestival Rotterdam gaat haar eerste speelfilm Memory of the unknown in première. Dit surrealistische, half documentaire verslag van een lange busreis is tevens kandidaat voor een Tiger Award.
De terreur van de buschauffeur, de André Hazes-bandjes en de eindeloze verveling. Wie heeft het niet meegemaakt? Voor budgetreizen naar warme oorden wordt een hoge prijs betaald. Tot Frankrijk is er niets aan de hand, vervolgens ga je je medepassagiers intensief bestuderen en bij de Spaanse grens zit je de balans van je leven op te maken. Dat is precies wat de Frans-Spaanse, in Nederland opgegroeide Nathalie Alonso Casale heeft gedaan met Memory of the unknown. Ze laadde een groepje streng geselecteerde acteurs, vrienden en familieleden in een Rotterdamse toerbus, ging met de cameraman in het middenpad zitten en begon te filmen. Op twintig velletjes dialoog na, die achteraf niet eens zijn gebruikt, was er geen noemenswaardig scenario. Ze had beelden van brandende bossen, huilende Maria’s en een gestrande bus in haar hoofd. Eén ding wist ze wel, het moest een poëtische film worden, waarop nuchtere logica stuk zou lopen. Een beetje in de geest van landgenoot Buñuel.
De personages waren grofweg gebaseerd op de levens van de acteurs. Alonso Casale had van ieder een korte beschrijving gemaakt, waaraan ze zich al improviserend moesten houden. De reis zelf moest het geraamte van de film worden. Al snel liep de spanning hoog op. “Het lijkt misschien wel veilig om een film te maken met bekenden, maar dat is het juist niet. Sommige mensen hebben tien dagen moeten wachten voordat ik ze ging filmen. Mijn broertje was de enige die het heel erg leuk vond omdat hij later cameraman wil worden. De anderen begonnen elkaar te haten, want ze moesten van negen uur ‘s ochtends tot negen uur ‘s avonds in de bus zitten met make-up op. Ze mochten ook niet praten tijdens het draaien. Als je het gezellig maakt op de set, blijft er minder tijd over voor je film.”
Spaanse afkomst
Hoe kwam ze op het idee om een film te maken over een mensen in haar omgeving? “Ik verzamel mensen. Iedereen die ik tegen kom krijgt een plek in mijn ‘cast ladder’. Ik heb altijd het gevoel dat ik ze ooit voor een volgende film zou willen gebruiken. Sommige mensen hebben een vaste plek in mijn films. Je kunt als kritiek hebben dat het niet-professionele acteurs zijn, dus dat ze soms niet of heel slecht acteren. Dat vind ik niet erg, want alles wat er met ze gebeurt zijn hun eigen gemoedstoestanden. Daarom heb ik ze gekozen. Het zijn hún herinneringen. Voor een speelfilm bedenk ik bijna niets zelf, maar ik verzamel gegevens.” Ineens houdt ze op met praten, kijkt achter me langs naar het boventerras van het Filmmuseum en fluistert: “Er ligt daar een zwerver in een doos. Kijk, hij beweegt.” Een kandidaat voor haar volgende film? “Nee serieus, zo werk ik echt. Ik zie hem nu liggen en ik verzin gelijk een wereld die uit dozen bestaat. Stel dat ik er een film over maak, dan is het alleen maar iets wat ik heb gezien, maar niet zelf verzonnen.”
In Memorias sin batallas y otros muertos ging Alonso Casale op zoek naar haar Spaanse afkomst; het effect van de Burgeroorlog op haar familie. Ze praatte met haar opa en zijn dorpsgenoten over een van de meest gecompliceerde conflicten in de wereldgeschiedenis. Dramatische momenten worden versterkt door fictieve scènes, zoals een begrafenis waarbij de dode uit zijn kist verrijst, een executie en een Engelssprekende schrijver die nauwlettend observeert, alles documenteert en gretig de kogels uit de muur haalt als historisch bewijs. Memory of the unknown is ook een mengeling van fictie en documentaire, waarbij het zwaartepunt op fictie kwam te liggen. De passagiers acteren dat ze zichzelf zijn. Uiteindelijk komen ze in Spanje terecht, maar niet in het Spanje van Memorias sin batallas y otros muertos.
Toch staat Memory of the unknown niet ver van Alonso Casale af. “Ik ben er altijd van uit gegaan dat deze film helemaal niets met mezelf te maken had. Maar degenen die de film hebben gezien zeiden dat die bus eigenlijk mijn hoofd is, en dat de passagiers elementen zijn die ook in mij zitten. Wat die elementen zijn heb ik nog steeds niet ontdekt, maar ik zie wel overeenkomsten met mijn eerste film. In Memory of the unknown zit een fascist in de bus die ‘Mein Kampf’ leest en een jongetje probeert te vermoorden, omdat hij jaloers is op de onschuld van dat jongetje. Hij wil zelf kind zijn. In Memorias kwam dat ook op een bepaalde manier voor; de zoektocht naar wie je bent, het willen vasthouden van een tijd. Niet ouder willen worden. Dezelfde acteur die de fascist speelt (Egbert de Jong, TM) is in Memorias een man die alles beschrijft wat hij ziet. Hij wil niets laten wegglippen.”
Huilende Maria’s
Het jongetje komt later terug in de film. Alonso Casale heeft zijn dood metaforisch bedoeld, net als de rest van de film. “Zelfs van het feest op het einde van de film kun je je afvragen of het heeft plaatsgevonden, want het eindigt met een man die in zijn eentje in een veld staat. Zijn de passagiers nou wel of niet op dat feest geweest? Dat moet in het midden blijven. De processie met het Maria-beeld is ook zo bedoeld. Het begon eerst als grapje. Een tijd geleden begonnen ineens alle Maria-beelden te huilen. De mensen in de processie zingen een lied: ‘Geef ons regen Maria, ook al hebben we het niet verdiend.’ Ik wilde de Maria in mijn film zo hard laten huilen dat het water langzaam omhoog zou komen en de hele processie zou onderdompelen. Maar dat was natuurlijk veel te duur voor een film met een budget van twee ton.”
Het surrealisme van Memory of the unknown is geen makkelijke uitweg voor een filmmaker die niet van scenarioschrijven houdt (“Ik heb meestal een paar beelden in mijn hoofd. Die moet ik dan opschrijven en dat kan ik helemaal niet.”), maar een doelbewuste keuze. Alonso Casale wil de zekerheid doorprikken die veel mensen om zich heen optrekken. De zekerheid dat ze al dan niet gelukkig zijn, de zekerheid dat als ze in een bus stappen, ze ook daadwerkelijk op een warm strand worden afgezet. Slechts een enkeling durft aan de status quo te twijfelen, want zekerheid, hoe ongefundeerd ook, is vele malen veiliger dan het gapende gat van de twijfel. “De film is meer filosofisch bedoeld. Je kunt gelukkig zijn zolang je zelf denkt dat je het bent. Veel mensen doen hun best om het anderen naar hun zin te maken, maar intussen hebben ze zelf een kutleven. Memory of the unknown is een waarschuwing voor mensen die niet leven, en als geesten rondhobbelen, doelloos rondreizen. Ook de tijdsprongen zijn expres gemaakt, zodat je niet meer weet in welke tijd je zit. Het gaat niet meer om gisteren en vandaag, vroeger en nu, maar het gaat om een uur geleden of tien minuten vooruit. Met deze film wilde ik het gevoel creëren dat je ergens naar toe wil, maar dat je er fysiek nooit komt. Dat je er alleen maar in je hoofd kunt komen.”
Eenzame woestijnlandschappen
Nathalie Alonso Casale is gefascineerd door hoofden, en vooral wat zich daarin kan afspelen. Haar zelfgekozen stijl van documentair surrealisme – onderstreept door muziek van Olivier Messian, gedichten van Arseni Tarkovski (de vader van Andrej) en dagboekfragmenten van de cameraman – lijkt nog het meest geschikt om de inhoud van ‘hoofden’ te visualiseren, maar het zal niet een groot publiek aanspreken. Maakt ze films voor zichzelf? “Nee, voor een handvol mensen van wie ik graag wil dat ze het begrijpen. Hopelijk pikt de rest van het publiek het ook mee. Het liefst zou ik films maken zoals Bertolucci dat kan. Tachtig procent van de kijkers begrijpt zijn films niet, maar ze vinden de beelden zo mooi. De overige twintig procent snapt het wel en zien wat voor een vreselijke wereld Bertolucci heeft gecreëerd met die mooie beelden. Ik heb gisteren The sheltering sky op video gezien. Iedereen vindt die beelden zo mooi; ik zag alleen maar afschuwelijk eenzame woestijnlandschappen, waaruit je niet kunt ontsnappen.”
“Maar ik heb net mijn speelfilmdebuut gemaakt, dus ik neig nog naar één kant. Mijn films moeten wat losser worden, niet zo gedwongen stil, gedwongen statisch. Memory of the unknown kan nu geclassificeerd worden als ‘trage film’, maar dat is niet de stijl waarin ik verder wil. Ik ben blij dat ik hem zo gemaakt heb. Het is een film voor één bepaald publiek. De distributeur vond hem nogal tegenvallen. Hij vond dat het abstracter had moeten zijn óf verhalender, maar niet er tussenin. Ik vind het onzin dat mijn film tussen wal en schip zou vallen, maar ik ben het wel met hem eens dat het niet voor iedereen toegankelijk is. Veel mensen willen graag weten waar een film over gaat en wie de personages zijn, maar als je dat eenmaal loslaat is het een hele mooie film.” Lacht: “Eigenlijk wil ik meer actie. Het zou ideaal zijn als er niet verschillende soorten bioscooppubliek waren, maar wanneer een film voor iedereen iets te bieden had.”
Thessa Mooij

(foto: André Bakker)
Memory of the unknown
Nederland/Spanje, 1996.
Produktie: Ton van der Lee, Frank Scheffer en Hector Faver.
Scenario en regie: Nathalie Alonso Casale.
Camera: Vladas Naudzius.
Geluid: Jan Dries Groenendijk.
Montage: Piet Oomes.
Muziek: Nathalie Alonso Casale, Hector Villa Lobos, Olivier Messiaen.
Met: José-Luis Alonso Hernandez, Pepa Perez, Barbara Barendrecht, Lili di Rocco e.a.
Zwart-wit, 85 minuten.
Distributie: NFM/IAF.
Te zien: tijdens het Filmfestival Rotterdam en later dit jaar in de filmtheaters.